De Kaasschaaf

We zaten samen aan tafel. Lekker druk, gezellig keuvelen, een ontspannen lunch. Terloops gaf zij mij de kaasschaaf aan. Ik zat op dat moment een beetje te dromen. De kaasschaaf nam ik gedachteloos over. Maar ik deed er nog niets mee.

Het aangeven van de kaasschaaf kon zoveel betekenen. Als het een kind was, had het kunnen betekenen: ‘wil je kaas voor me snijden?’. Of: ‘Geef je deze door?’. Als ik de kaasschaaf kreeg bij het uitruimen van de vaatwasser: ‘kan je deze in de la doen’, of: ‘deze is niet schoon geworden’, of: ‘deze mag niet in de vaatwasser, het heeft een houten handvat’.

Wat betekende het nu? Ik had net zelf de kaas gepakt. Mijn tafelgenoot had dat gezien, dacht dat ik de kaasschaaf nodig had. Zonder een woord te zeggen, kwamen we tot deze afstemming, zonder dat we het gesprek aan tafel verder hoefden te onderbreken.  Hoe? Door de context te begrijpen, door onze non-verbale signalen, omdat we vertrouwd zijn met elkaar.

× Hoe kan ik u helpen?